Laat ik beginnen met dat prikkelgevoeligheid niet iets negatiefs is. Het is ook geen overmatige kwetsbaarheid. Het maakt je alert. Scherpe zintuigen kunnen in veel situaties helpend zijn. Zeker in de tijd dat mensen leefden als jagers en verzamelaars.
Zo kon je alert zijn op gevaar, maar ook juist op kansen, zoals het vinden van voedsel en water.

De moderne maatschappij is qua prikkels niet echt babyvriendelijk en houdt geen rekening met hen. Denk aan felle lichten, harde geluiden, blaffende honden, roepende mensen.

Lawaaierige wereld


Baby’s komen vanuit een relatief stille omgeving in een lawaaiige wereld terecht. In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht is er in de baarmoeder geen absolute stilte. Gedempt weliswaar komen er geluiden van buitenaf door, zoals de stem van de moeder, muziek en omgevingsgeluiden. Ook licht komt gedimd door.
De baby hoort de hartslag van de moeder. Ook na de geboorte ligt hij graag tegen de moeder aan. Haar hartslag en het wiegende ritme hebben een rustgevend effect.
Vertrouwde huiselijke geluiden, zoals gestommel, gepraat en voetstappen hebben eerder een vertrouwd en rustgevend effect op de baby.

Vertrouwde geluiden

Baby ligt in bed met alerte blik in zijn ogen. Photo by Michal Bar Haim on Unsplash

Muisstil zijn als de baby slaapt is niet nodig en ook niet wenselijk. Ook bij een overprikkelde baby hoef je het niet absoluut stil te maken. Vertrouwde geluiden zijn juist geruststellend. Laat de baby een natuurlijk ritme vinden.
Je kunt het beste de baby geleidelijk aan het licht laten wennen. Dus eerst zachtjes of gedimd licht gebruiken.

Ziekenhuis

Bij de ziekenhuisgeboorte is dit moeilijk te realiseren. Het ene ziekenhuis houdt meer rekening met de ontwikkeling en noden van een baby dan het andere.
Als de moeder en de baby samen blijven, kan ze beter inspelen op zijn behoeften. Haar lichaam kan hem deels afschermen voor het licht. Haar nabijheid helpt sowieso om prikkels te regulieren.

De baby kan het best op de zij slapen, met het gezicht naar de moeder toe. Liever niet op de rug, omdat hij dan in het felle ziekenhuislicht kijkt.
Buidelen (dat het kind op de blote huid van de moeder ligt), helpt ook om zich behaaglijk te voelen.

Juist voor kinderen die in de couveuse moeten erg belangrijk om elke dag te buidelen. Bij ontwikkelingsgerichte zorg wordt hier rekening mee gehouden. Over de couveuse kan een doek worden gelegd, om de baby te beschermen tegen het felle licht.
Kraambezoek.

Kraambezoek

Het is begrijpelijk dat (kraam)bezoek de baby op schoot wil nemen. Als mensen de baby aan elkaar doorgeven, kan dat stresserend zijn voor de kleine. Al die vreemde handen. Al is een baby nog niet eenkennig, hij heeft behoefte aan vertrouwdheid. Hij zal de moeder en ook de vader uit duizenden herkennen.

Een band met andere familieleden moet rustig worden opgebouwd.
Vermoeidheid en honger kan zorgen dat een baby slechter tegen prikkels kan.
Schreeuwen van de honger is een uiterste middel om duidelijk te maken dat hij nu moet eten. Je kunt het zien als een alarmsignaal.
Voeding, wat het lichaam energie geeft, kan de prikkelverwerkingscapaciteit verhogen.

Veilig

Bij de geboorte is het zenuwstelsel van de baby nog niet klaar om de prikkels van de moderne maatschappij te verwerken. Lawaai en fel licht waar ze geen controle over hebben.

Je hoeft de baby niet angstvallig binnen te houden. In een draagdoek of ergonomische draagzak voelt hij zich veilig. Hij hoeft niet te huilen om nabijheid. Hij kan de wereld overzien en tegelijk op afstand houden.
Het eerst halfjaar kan hij beter met het gezicht naar de ouder toe worden gedragen, zodat hij zich kan afschermen voor de buitenwereld.
Daarna ligt het een beetje aan de omgeving. Een rustig park geeft heel andere prikkels als een druk centrum.

Er is nog een voordeel dat het kind rechtop gedragen wordt, tijdens het boodschappen doen kijkt ie niet in de felle lampen.
Het is fijn voor de baby om niet vaker dan 1, hooguit 2 keer per dag naar buiten te ‘hoeven’.

Hoe herken je een overprikkelde baby?

Maar hoe herken je of een baby overprikkeld is of misschien ergens anders last van heeft.
Een prikkelbare baby is onrustig, reageert sterk op geluiden, bewegingen en/of licht. Hij kan de slaap moeilijk vatten. Hij is schrikachtig en hyperalert. Hij zoekt bescherming of wil juist niet aangeraakt worden. Hij kan zijn hoofdje wegdraaien van geluiden, licht of gezichten.

Waar een slaperige baby dromerig en ontspannen kijkt of een starende blik heeft en zijn gezicht wegdraait, is een oververmoeide baby bleek, heeft wijdopen ogen en is actief.

Foto is een voorbeeld van een oververmoeide baby. Bron: Inbakeren.nl

Het is fijn en kalmerend voor de baby om eerst rust te creëren. Geruststellend tegen hem te praten en (als hij wil) hem tegen je aan te houden. Hem pas in bed te leggen als hij ontspannen is. Een hand op zijn buik leggen helpt om vredig in slaap te vallen.
Bij een vermoeid jengelen hoef je hem niet uit bed te halen, dan wordt hij juist weer wakker. Baby’s jengelen soms als ze moe zijn, dat hoeft niet te betekenen dat ze nu aandacht nodig hebben. Pas bij een dringend en ononderbroken gehuil, heeft hij je aandacht nodig.
Een uitgeruste baby blijft makkelijker in een gezond slaapritme dan een oververmoeide baby.
De ene baby is gevoeliger dan de andere. Bij sommigen komen indrukken zoals geluiden, licht, geuren, smaken beelden en aanrakingen extra hard binnen.
Lichaamscontact kan zowel pijn als prikkels verzachten.

Ritme

Baby op de arm Photo by Chris Anderson on Unsplash

Een prikkelbare baby kan baat hebben bij een vast ritme, voorspelbaarheid en regelmaat.
Waarmee ik niet bedoel dat je hem op een schema moet voeden en hem zelf huilend in slaap moet laten vallen. Het gaat erom dat het dagritme en jouw doen en laten enigszins voorspelbaar is. Bouw bijvoorbeeld rituelen in, zoals een slaapliedje. Elke dag na het middagdutje, voeden en met hem spelen. Vindt een ritme dat voor jullie beiden goed voelt. Het gezinsleven is vaak druk. Toch is het belangrijk om rust uit te stralen. Aandachtig te zijn. Ga dus in een lagere versnelling. In plaats van alle ballen proberen hoog te houden, prioriteiten stellen. Baby’s leven in het moment, dus moet voor hen iedere dag een goede dag zijn. Zij kunnen niet denken: het wordt straks wel beter.
Heb je een rustgevende omgeving gecreëerd en blijft hij nog huilen. Een baby moet soms ook spanningen ontladen. Je nabijheid is belangrijk, maar je hoeft er niet altijd actief iets aan te doen. Soms is gewoon aanwezig zijn wat hij nodig heeft.

Signalen van oververmoeidheid en van honger kunnen soms op elkaar lijken, zoals op de handen sabbelen. Het is trouwens geen probleem om de borst te geven als hij eigenlijk overprikkeld is. Het is een rustmoment voor hem, ook als hij op dat moment geen honger heeft. In moedermelk zitten slaapverwekkende stofjes. Wil de baby niet drinken, dring dan niet aan.
Speelgoed wat schadelijk kan zijn, zijn mobiles waar geluid en vaak ook nog licht uit komt. De baby kan er niet bij en heeft geen invloed op het geluid. Hij moet het maar ondergaan. Het is net zoiets als wanneer je een baby voor de TV zet (en zelf in de andere kamer is). Hij moet wel blijven kijken en luisteren.

Zachte muziek kan rustgevend zijn voor een baby, maar blijf er zelf bij om te kijken hoe hij erop reageert.
Ik ken voorbeelden van baby’s die naast de TV die altijd aanstaat, te slapen worden gelegd. Dat die baby’s onrustig zijn en moeilijk slapen, is voorspelbaar.
Het schelle geluid en de flitsende beelden kunnen pijnlijk zijn voor een baby.

Speelgoed

Een rammelaar is alleen acceptabel als de baby die zelf vasthoudt. Broertjes, zusjes en volwassenen moeten niet ermee gaan rammelen bij de baby. De baby kan gestrest en zelfs overstuur raken.

Bijtringen helpen tegen de pijn van doorkomende tandjes en kunnen juist weer kalmerend zijn.
Kleding kan het best uit natuurlijke materialen bestaan. Die ‘ademen’. Voor baby is soepele kleding het fijnst. Een hippe spijkerbroek kan knellen. Die zijn vaak niet gemaakt voor mollige babybeentjes.
Zijde schermt energetisch af en is aan re bevelen als je met de baby naar buiten gaat.
Een knuffel kan een gevoel van geborgenheid geven. Maar zeker het eerste jaar is jouw nabijheid het belangrijkst.

Vanaf de peutertijd kan een knuffel zeker helpen om te ontprikkelen en om iets nieuws aan te durven, zoals op een eigen kamer slapen.

Heeft u vragen, neem dan gerust contact op.
Telefoon: 06-83992975
E-mail: kind-zijn@kpnmail.nl

U kunt vrijblijvend een zoommeeting inplannen.

Hier kunt u het eerste hoofdstuk lezen van Wat je niet verteld is

Of je kunt Wat je niet verteld is meteen bestellen. Het beschrijft wat kinderen meemaken in de baarmoeder, in het gezin en in de maatschappij. Hoe we kinderen gezond en gelukkig kunnen laten opgroeien.